Als een plan niet past binnen het Omgevingsplan, dan kan dit via een ruimtelijke procedure alsnog mogelijk gemaakt kan worden. In de meeste gevallen vindt voordat deze procedure wordt gestart vooroverleg plaats, waarin wordt beoordeeld of het gaat om een gewenste ontwikkeling. De Omgevingswet kent een aantal procedures om van het Omgevingsplan af te wijken. Tijdens het vooroverleg wordt beoordeeld welke procedure gevolgd kan worden.

Procedures

Binnenplanse afwijking

In de regels van het Omgevingsplan staat aangegeven waarvoor, op welke manier en tot welke grenzen de gemeente kan afwijken. Dit is een binnenplanse omgevingsplanactiviteit.

Buitenplanse afwijking

Als een plan niet in het Omgevingsplan past en er ook geen binnenplanse mogelijkheden zijn om het plan mogelijk te maken, dan wordt onderzocht of het mogelijk en gewenst is om het plan met een buitenplanse afwijking, de buitenplanse omgevingsplanactiviteit (ook wel BOPA) mogelijk te maken. Meer informatie hierover kunt u vinden op: BOPA op hoofdlijnen – Informatiepunt Leefomgeving (www.iplo.nl(externe link)).

Een BOPA wordt verleend door het college van burgemeester en wethouders, de gemeenteraad heeft een aantal situaties aangewezen waarin eerst advies moet worden gevraagd aan de gemeenteraad voordat de BOPA kan worden verleend.

Voor het verlenen van de BOPA geldt de reguliere procedure (beslistermijn van 8 weken met een verlengmogelijkheid van zes weken) tenzij de uitgebreide procedure van toepassing is. Dan is een beslistermijn van zes maanden van toepassing (met verlengmogelijkheid van zes weken.

Wijziging omgevingsplan

De gemeenteraad kan het Omgevingsplan wijzigen door een gebied en/of regels aan te passen. Meer informatie hierover kunt u vinden op: Procedure voor het wijzigen van een omgevingsplan – Informatiepunt Leefomgeving (www.iplo.nl(externe link))